Albert Zweistein, Hoe begrijp ik een vrouw
De Encyclopedie van de Ontwijkende Vrouw
Albert Zweinstein, een naam die in de schaduw van zijn illustere neef dreigde te verdwijnen, stond symbool voor geniale verstrooidheid. Zijn witte haar, permanent in de "ik heb net een spanningsveld aangeraakt" modus, getuigde van een brein dat constant overstroomde met ideeën. Wetenschapper, uitvinder, en onvermijdelijk warhoofd, hij was getrouwd met Trudy, een vrouw die met een zucht en knipoog de constante chaos rondom hem accepteerde.
Albert had altijd geweten dat hij grootsheid bezat. Het was alleen dat die grootsheid zich tot nu toe had verstopt achter mislukte pogingen tot perpetuum mobile machines en zelf-aandrijvende stofzuigers die explodeerden bij het eerste stofje. Maar nu! Nu was het zover. Hij had zijn magnum opus voltooid: "Hoe Begrijp Ik een Vrouw," een encyclopedie zo omvangrijk dat ze de boekenplanken deed kreunen onder het gewicht. Vijf delen, elk verdeeld in twintig boeken, en een glorieuze 12 terabyte groot op de harde schijf van zijn computer. Hij had het vrouwelijke gedrag geanalyseerd, ontleed en gecategoriseerd tot in den treure. Dit zou hem beroemd maken! Eindelijk zou hij eerder met een doorbraak komen dan Albert Einstein!
De realiteit was een stuk minder rooskleurig. Niemand, absoluut niemand, had de energie of de daadwerkelijke mogelijkheid om Alberts lijvige werk door te ploegen. Na een week vol ijdele hoop en onbeantwoorde telefoontjes, kwam het verlossende idee van een jonge, ambitieuze filmproducent. "Waarom geen filmserie?" stelde hij voor. "We maken er vierentwintig delen van! Drama, mysterie, komedie... we pakken alles aan!"
Albert, gegrepen door de mogelijkheid van roem en fortuin, stemde in. Het proces was chaotisch, hilarisch en pijnlijk. Actrices staakten omdat ze zich niet begrepen voelden, scenarioschrijvers kregen neuroses van de immense hoeveelheid informatie, en Albert zelf moest leren hoe hij een regisseur moest zijn, iets wat hij vooral leerde door het kijken van stomme films.
Tegen alle verwachtingen in werd de filmserie een gigantisch succes. "De Zweinstein Saga," zoals ze genoemd werd, veroverde de wereld stormenderhand. Mensen lachten, huilden en debatteerden over de interpretaties van de vrouwelijke psyche. Albert Zweinstein was een beroemdheid, een gevierd filmregisseur. Hij werd overladen met prijzen, interviews en aanbiedingen.
Maar ondanks alle erkenning, alle roem en alle rijkdom bleef één vraag onbeantwoord: had het hem werkelijk geholpen Trudy, zijn eigen vrouw, beter te begrijpen?
Op de première van de twaalfde film, omringd door sterren en fotografen, fluisterde Albert, stralend van trots, in Trudy's oor: "Wat vind je ervan, schat? Denk je dat ik de essentie van de vrouw heb weten vast te leggen?"
Trudy glimlachte vermoeid, zuchtte diep en antwoordde: "Albert, je bent geweldig. Echt waar. Maar ik wil nog steeds die nieuwe vaatwasser. Die oude is echt aan vervanging toe."
Albert, compleet perplex, staarde haar aan. Jaren van research, honderden uren filmopnames, miljoenen opgebracht, en zijn vrouw wilde gewoon een vaatwasser? Hij mompelde iets over het reduceren van de complexiteit van de menselijke wensen tot een materieel object, maar Trudy hoorde hem niet. Ze was al bezig een praatje aan te knopen met een knappe acteur over de beste manier om kalkaanslag te verwijderen.
Albert Zweinstein, de man die de vrouw probeerde te ontrafelen, besefte dat sommige mysteries simpelweg beter onopgelost bleven. Hij zuchtte, glimlachte en wist dat hij de volgende dag een bezoekje aan de witgoedwinkel zou brengen. Misschien, dacht hij, kon hij dan eindelijk een vervolg schrijven op "Hoe Begrijp Ik een Vrouw: De Vaatwasser Editie." Het zou in ieder geval Trudy gelukkig maken. En dat, zo had hij geleerd, was soms de meest complexe en lonende wetenschap van allemaal.
Albert Zweistein, Hoe begrijp ik een vrouw
De Encyclopedie van de Ontwijkende Vrouw
Albert Zweinstein, een naam die in de schaduw van zijn illustere neef dreigde te verdwijnen, stond symbool voor geniale verstrooidheid. Zijn witte haar, permanent in de "ik heb net een spanningsveld aangeraakt" modus, getuigde van een brein dat constant overstroomde met ideeën. Wetenschapper, uitvinder, en onvermijdelijk warhoofd, hij was getrouwd met Trudy, een vrouw die met een zucht en knipoog de constante chaos rondom hem accepteerde.
Albert had altijd geweten dat hij grootsheid bezat. Het was alleen dat die grootsheid zich tot nu toe had verstopt achter mislukte pogingen tot perpetuum mobile machines en zelf-aandrijvende stofzuigers die explodeerden bij het eerste stofje. Maar nu! Nu was het zover. Hij had zijn magnum opus voltooid: "Hoe Begrijp Ik een Vrouw," een encyclopedie zo omvangrijk dat ze de boekenplanken deed kreunen onder het gewicht. Vijf delen, elk verdeeld in twintig boeken, en een glorieuze 12 terabyte groot op de harde schijf van zijn computer. Hij had het vrouwelijke gedrag geanalyseerd, ontleed en gecategoriseerd tot in den treure. Dit zou hem beroemd maken! Eindelijk zou hij eerder met een doorbraak komen dan Albert Einstein!
De realiteit was een stuk minder rooskleurig. Niemand, absoluut niemand, had de energie of de daadwerkelijke mogelijkheid om Alberts lijvige werk door te ploegen. Na een week vol ijdele hoop en onbeantwoorde telefoontjes, kwam het verlossende idee van een jonge, ambitieuze filmproducent. "Waarom geen filmserie?" stelde hij voor. "We maken er vierentwintig delen van! Drama, mysterie, komedie... we pakken alles aan!"
Albert, gegrepen door de mogelijkheid van roem en fortuin, stemde in. Het proces was chaotisch, hilarisch en pijnlijk. Actrices staakten omdat ze zich niet begrepen voelden, scenarioschrijvers kregen neuroses van de immense hoeveelheid informatie, en Albert zelf moest leren hoe hij een regisseur moest zijn, iets wat hij vooral leerde door het kijken van stomme films.
Tegen alle verwachtingen in werd de filmserie een gigantisch succes. "De Zweinstein Saga," zoals ze genoemd werd, veroverde de wereld stormenderhand. Mensen lachten, huilden en debatteerden over de interpretaties van de vrouwelijke psyche. Albert Zweinstein was een beroemdheid, een gevierd filmregisseur. Hij werd overladen met prijzen, interviews en aanbiedingen.
Maar ondanks alle erkenning, alle roem en alle rijkdom bleef één vraag onbeantwoord: had het hem werkelijk geholpen Trudy, zijn eigen vrouw, beter te begrijpen?
Op de première van de twaalfde film, omringd door sterren en fotografen, fluisterde Albert, stralend van trots, in Trudy's oor: "Wat vind je ervan, schat? Denk je dat ik de essentie van de vrouw heb weten vast te leggen?"
Trudy glimlachte vermoeid, zuchtte diep en antwoordde: "Albert, je bent geweldig. Echt waar. Maar ik wil nog steeds die nieuwe vaatwasser. Die oude is echt aan vervanging toe."
Albert, compleet perplex, staarde haar aan. Jaren van research, honderden uren filmopnames, miljoenen opgebracht, en zijn vrouw wilde gewoon een vaatwasser? Hij mompelde iets over het reduceren van de complexiteit van de menselijke wensen tot een materieel object, maar Trudy hoorde hem niet. Ze was al bezig een praatje aan te knopen met een knappe acteur over de beste manier om kalkaanslag te verwijderen.
Albert Zweinstein, de man die de vrouw probeerde te ontrafelen, besefte dat sommige mysteries simpelweg beter onopgelost bleven. Hij zuchtte, glimlachte en wist dat hij de volgende dag een bezoekje aan de witgoedwinkel zou brengen. Misschien, dacht hij, kon hij dan eindelijk een vervolg schrijven op "Hoe Begrijp Ik een Vrouw: De Vaatwasser Editie." Het zou in ieder geval Trudy gelukkig maken. En dat, zo had hij geleerd, was soms de meest complexe en lonende wetenschap van allemaal.