153 duizend bedrijven opgeheven in 2024: 27 % meer dan jaar ervoor volgens CBS.
Dit is 27 procent meer dan een jaar eerder en is het hoogste aantal sinds het begin van de huidige meetmethode in 2007. Gecorrigeerd voor het totaal aantal bedrijven werden er in 2022 echter net iets meer bedrijven opgeheven. Het aantal faillissementen is ook gestegen en ligt op hetzelfde niveau als 2020, gecorrigeerd voor het aantal bedrijven. Dit blijkt uit nieuwe voorlopige cijfers van het CBS.
Slechts een klein deel van de bedrijven is opgeheven vanwege een faillissement. De grote meerderheid van de opgeheven bedrijven stopt vrijwillig. In 2024 werden bijna 2 duizend bedrijven volledig failliet verklaard en opgeheven, 28 procent meer dan in 2023. Een bedrijf kan ook deels failliet verklaard worden als niet alle juridische onderdelen failliet gaan. In 2024 werden 1,3 duizend bedrijven deels failliet verklaard en daarmee niet opgeheven. Het aandeel van de volledig failliet verklaarde bedrijven in de bedrijfsopheffingen daalde van 3,4 procent in 2015 naar ruim onder de 1 procent in 2022. Sindsdien is het aandeel weer iets gestegen naar 1,3 procent.
Sinds 2015 is het totaal aantal bedrijven met meer dan de helft toegenomen. Om de opheffingen te vergelijken over de tijd is het belangrijk om met deze ontwikkeling rekening te houden. Dat kan door te kijken naar de opheffingsgraad, die het aantal opheffingen uitdrukt ten opzichte van het totaal aantal bedrijven. De 153 duizend opheffingen in 2024 komen neer op een opheffingsgraad van 6 procent. Hoewel er in 2022 ruim 9 duizend minder bedrijven hun activiteiten stopten dan in 2024, lag de opheffingsgraad toen 0,1 procentpunt hoger.
Negen op de tien opgeheven bedrijven hadden in 2024 slechts 1 werkzame persoon. In 2015 gold dit voor 83 procent van de opheffingen en in 2008 voor 75 procent. Deze ontwikkeling hangt samen met het groeiende aandeel eenmanszaken in de totale bedrijvenpopulatie.
In de bedrijfstak vervoer en opslag (7,7 procent) en de handel (7,6) werden in verhouding tot hun totaal de meeste bedrijven opgeheven. Met uitzondering van de verhuur en handel van onroerende goed nam de opheffingsgraad in alle bedrijfstakken toe ten opzichte van 2023. Die toename was het grootst in de bouwnijverheid, waar de opheffingsgraad steeg van 4,4 procent in 2023 naar 6,3 procent in 2024. De landbouw, bosbouw en visserij kende met 3,5 procent de laagste opheffingsgraad.
Het aantal faillissementen gecorrigeerd voor het totaal aantal bedrijven (faillissementsgraad) in 2015 was 0,29 procent. Dat betekent dat er per 100.000 bedrijven ruim 290 bedrijven te maken hebben gehad met een of meerdere failliete juridische onderdelen. In de jaren daarna daalde de faillissementsgraad tot 0,07 procent in 2021. In 2024 lag de faillissementsgraad met 0,13 procent op hetzelfde niveau als in 2020.
Ten opzichte van het aantal bedrijven zijn in de horeca in 2024 relatief de meeste bedrijven (deels) failliet verklaard. De faillissementsgraad steeg daar van 0,28 procent in 2023 naar 0,38 procent, het hoogst van alle bedrijfstakken. Dat betekent dat per 100.000 horecabedrijven bijna 380 te maken hadden met een of meerdere failliete juridische eenheden in 2024. Ook in de industrie (0,34 procent) en de vervoer en opslag (0,33 procent) zijn in 2024 relatief veel (deels) failliet verklaarde bedrijven.
In de bouwnijverheid steeg de faillissementsgraad ook relatief sterk, van 0,14 procent in 2023 naar 0,20 procent in 2024. Alleen in de verhuur en handel van onroerend goed en het onderwijs daalde de faillissementsgraad iets. In het onderwijs was de faillissementsgraad ook het laagst.
153 duizend bedrijven opgeheven in 2024: 27 % meer dan jaar ervoor volgens CBS.
Dit is 27 procent meer dan een jaar eerder en is het hoogste aantal sinds het begin van de huidige meetmethode in 2007. Gecorrigeerd voor het totaal aantal bedrijven werden er in 2022 echter net iets meer bedrijven opgeheven. Het aantal faillissementen is ook gestegen en ligt op hetzelfde niveau als 2020, gecorrigeerd voor het aantal bedrijven. Dit blijkt uit nieuwe voorlopige cijfers van het CBS.
Slechts een klein deel van de bedrijven is opgeheven vanwege een faillissement. De grote meerderheid van de opgeheven bedrijven stopt vrijwillig. In 2024 werden bijna 2 duizend bedrijven volledig failliet verklaard en opgeheven, 28 procent meer dan in 2023. Een bedrijf kan ook deels failliet verklaard worden als niet alle juridische onderdelen failliet gaan. In 2024 werden 1,3 duizend bedrijven deels failliet verklaard en daarmee niet opgeheven. Het aandeel van de volledig failliet verklaarde bedrijven in de bedrijfsopheffingen daalde van 3,4 procent in 2015 naar ruim onder de 1 procent in 2022. Sindsdien is het aandeel weer iets gestegen naar 1,3 procent.
Sinds 2015 is het totaal aantal bedrijven met meer dan de helft toegenomen. Om de opheffingen te vergelijken over de tijd is het belangrijk om met deze ontwikkeling rekening te houden. Dat kan door te kijken naar de opheffingsgraad, die het aantal opheffingen uitdrukt ten opzichte van het totaal aantal bedrijven. De 153 duizend opheffingen in 2024 komen neer op een opheffingsgraad van 6 procent. Hoewel er in 2022 ruim 9 duizend minder bedrijven hun activiteiten stopten dan in 2024, lag de opheffingsgraad toen 0,1 procentpunt hoger.
Negen op de tien opgeheven bedrijven hadden in 2024 slechts 1 werkzame persoon. In 2015 gold dit voor 83 procent van de opheffingen en in 2008 voor 75 procent. Deze ontwikkeling hangt samen met het groeiende aandeel eenmanszaken in de totale bedrijvenpopulatie.
In de bedrijfstak vervoer en opslag (7,7 procent) en de handel (7,6) werden in verhouding tot hun totaal de meeste bedrijven opgeheven. Met uitzondering van de verhuur en handel van onroerende goed nam de opheffingsgraad in alle bedrijfstakken toe ten opzichte van 2023. Die toename was het grootst in de bouwnijverheid, waar de opheffingsgraad steeg van 4,4 procent in 2023 naar 6,3 procent in 2024. De landbouw, bosbouw en visserij kende met 3,5 procent de laagste opheffingsgraad.
Het aantal faillissementen gecorrigeerd voor het totaal aantal bedrijven (faillissementsgraad) in 2015 was 0,29 procent. Dat betekent dat er per 100.000 bedrijven ruim 290 bedrijven te maken hebben gehad met een of meerdere failliete juridische onderdelen. In de jaren daarna daalde de faillissementsgraad tot 0,07 procent in 2021. In 2024 lag de faillissementsgraad met 0,13 procent op hetzelfde niveau als in 2020.
Ten opzichte van het aantal bedrijven zijn in de horeca in 2024 relatief de meeste bedrijven (deels) failliet verklaard. De faillissementsgraad steeg daar van 0,28 procent in 2023 naar 0,38 procent, het hoogst van alle bedrijfstakken. Dat betekent dat per 100.000 horecabedrijven bijna 380 te maken hadden met een of meerdere failliete juridische eenheden in 2024. Ook in de industrie (0,34 procent) en de vervoer en opslag (0,33 procent) zijn in 2024 relatief veel (deels) failliet verklaarde bedrijven.
In de bouwnijverheid steeg de faillissementsgraad ook relatief sterk, van 0,14 procent in 2023 naar 0,20 procent in 2024. Alleen in de verhuur en handel van onroerend goed en het onderwijs daalde de faillissementsgraad iets. In het onderwijs was de faillissementsgraad ook het laagst.
:quality(80)/cdn-kiosk-api.telegraaf.nl/4e4ea1ba-f3cc-11ef-9c1a-5e3f61bf6bec.jpg)
Deutsch
Dutch